4 excursies met 5 soorten sterns op de Marker Wadden

Vorige blog Overzicht blogartikelen Volgende blog

22/07/2017

(klik hier als je automatisch een bericht wilt ontvangen over het volgende blog)

De nieuwe natuureilanden de Marker Wadden van Natuurmonumenten zijn populair bij natuurliefhebbers en nu al heel vogelrijk. Dit jaar varen we verschillende keren naar het eiland en elk bezoek is weer anders. Het eiland ontwikkelt zich snel. Hieronder een verslag van de excursies van de afgelopen weken.

Wisselend vertrekken we vanuit Lelystad en Enkhuizen, op 9 juli varen we vanuit een zonnig Lelystad. Foto Ron Stolz.

Op 11 juni vertrekken we vanuit de haven van een eveneens zonnig Enkhuizen.

Kokmeeuw nog helemaal mooi in zomerkleed (bruine kop) in de haven van Enkhuizen.

Beide vertrekpunten hebben zo hun voordelen. Vanuit Enkhuizen varen we door het naviduct over de autoweg heen. 

Na het naviduct varen we langs de natuurboog, veel zangvogels hoor je hier zingen, futen met jongen op de rug, heel soms een ijsvogel en dit keer een bruine kiekendief die een buizerd lastig viel.

Vanuit de haven van Lelystad varen we langs de strekdammen net buiten de haven. Er zijn hier al veel leuke vogels te zien. Zoals deze kuifeenden en casarca's (de oranje eenden). Rechts op de rots een kleine mantelmeeuw. 

De boot kan vrij dicht langs de dammen varen en de vogels zijn gewend aan boten die langs varen.

Een kleine zilverreiger.

Op de dammen broeden lepelaars, ze hebben al flinke jongen. De jongen zijn behalve te horen ook goed te herkennen, ze hebben een kortere snavel en ook zwarte vleugelpunten. Foto Kees de Vries.

De ouders hebben onder andere een veel grotere zwarte snavel met gele lepel en een mooie kuif. Hier bedelt een jong. Foto Bart Vastenhouw.

Tijdens de avondexcursie 9 juli zagen we ook een geringde lepelaar, deze hebben we gemeld bij Bob Loos die zorgdraagt voor de ringwaarnemingen. 7 mei 2012 is de vogel als nestjong geringd in de Vooroeverkolonie van Andijk. Begin oktober 2012 is de vogel in Hippolytushoef gezien en eind dat jaar verbleef deze in Spanje in de omgeving van Badajoz. Hier is de vogel in 2013 en 2015 gezien. In 2014 kwam er nog een waarneming uit de Balgzandpolder en in 2016 en begin 2017 zat deze weer in Spanje. De eerste waarneming weer in Nederland is deze op de strekdam tijdens de excursie.

Ook broeden hier verschillende soorten grote meeuwen. Deze kleine mantelmeeuw met drie jongen maar ook zilvermeeuwen.

Heel bijzonder is dat er ook geelpootmeeuwen (een zuidelijke soort meeuw) en Pontische meeuwen (een oosterse soort) gezien worden en soms ook broeden op deze strekdam. Kees de Vries nam tijdens de excursie van 9 juli deze foto van een Pontische meeuw mét kleurring!

We hebben dit laten weten aan de ringer en het blijkt dat deze vogel op 7 juni 2013 is geringd bij de Gräbendorfer See, een meer tussen Berlijn en Dresden. In 2014 is de vogel gezien in Elzenburg en Barneveld. In mei 2015 zat deze Steppenmöwe (de Duitse naam) weer in Oost Duitsland en enkele maanden later in Arnhem. April 2016 zat ie weer in Oost Duitsland en april 2017 werd de vogel voor het laatst gezien in Amerongen, Utrecht. Totdat wij de vogel weer zagen op de dam, in Lelystad. Vele plaatsen heeft deze meeuw al bezocht en duizenden kilometers gevlogen.

Op 13 juli zagen we deze oeverloper op de dam.

Ook holenduiven maken gebruik van de strekdam en nestelen tussen de stenen. Foto Bart Vastenhouw.

Het kunstwerk de poepende man heet in het echt 'Exposure' en is ontworpen door Antony Gormley. Geïnspireerd op de elektriciteitsmasten die de kunstenaar in Flevoland zag en het door de mens gemaakte landschap van Flevoland.

13 juli voeren we met de gemeente Lelystad naar de Marker Wadden.

Verschillende sprekers vertellen een verhaal over het idee, de uitvoering en de toekomst van de Marker Wadden. 11 juni vertelt Dirk de Haan hierover in zijn presentatie, Jacob Koops (rechts) heeft een emmertje nat en droog slib mee en legt uit wat dit doet met het water.

Jan Jansen vaart op 9 juli met ons mee namens Natuurmonumenten.

Op 9 juli doet Mennobart van Eerden zijn verhaal tijdens een avondexcursie. 

We treffen het steeds met het weer, veel blauwe luchten en zonnebrand smeren. Zeilen is daarentegen meer voor de show, heel veel wind staat er niet.

Aankomst bij de Marker Wadden.

24 uur per dag, 7 dagen in de week wordt er nog gebouwd aan het eiland. Bezoeken van het natuureiland, dat nu nog de stempel bouwlocatie heeft mag dus alleen met veiligheidshelm én hesje. 11 juni.

13 juli, de hesjes en helmen nodigen nog steeds uit om een groepsfoto te maken.

Ook op 9 juli.

Marker Wadden boswachter André Donker legt 13 juli uit hoe het plan eiland voor eiland vorm krijgt en hoe uiteindelijk het slib zal worden opgevangen door dit toekomstige moeras.

De compartimenten zijn nu nog gevuld met water maar vallen in augustus droog, op de foto zie je het water al zakken. Dit gebeurt dan omdat de wilgen hun zaad al hebben verspreid. Wilgenzaad wordt gemakkelijk met de wind meegevoerd maar moet binnen enkele dagen een geschikte kiemplek treffen, hierna is de kans op ontkiemen van het zaad heel klein. Als het water weg is zal er meteen riet worden ingezaaid dat nog voor de winter kan groeien. Foto Kees de Vries.

Pionier planten: brandnetel en wilgenroosje.

Pionier vogels: visdieven!

Visdieven broeden op kale grond met weinig begroeiing, dit soort plaatsen zijn schaars in het IJsselmeergebied. Maar nieuwe plaatsen weten de vogels meteen te vinden. (13 juli)

Zwarte sterns (de donkere kleinere vogels) broeden in moeras, maar weten het eiland al te vinden als rustplaats. Ze tanken bij in het IJsselmeergebied, foerageren bijvoorbeeld op de vele dansmuggen die we ook al op het eiland zagen en trekken daarna door naar het zuiden. (9 juli)

Nog een pionier soort, de dwergstern, een geliefde soort die we tijdens de excursie van 9 juli voor het eerst zagen. Vier vogels vlogen roepend over ons heen, mogelijk hebben ze al op het eiland gebroed. Foto Kees de Vries.

Totaal zagen we op 9 juli maar liefst 5 soorten sterns, naast de visdieven en dwergsterns zagen we zo'n 200 zwarte sterns (foto 1), een witvleugelstern (de vogel achter de zwarte stern op foto 2) en een witwangstern (de vogel achter de 3 visdieven op foto 3). Ontdekt door en foto's van Kees de Vries!

De kluten hadden op de excursie van 11 juni nog kleine jongen en tijdens de excursie van 9 juli zagen we al grote pullen. Maar sommige ouders kwamen nog steeds alarmerend op ons af. Foto Kees de Vries (links).

Leuk waren de vele tientallen dwergmeeuwen die nog steeds verblijven op het eiland. Is het water al zo rijk aan klein voedsel waar ze van eten? Foto Bart Vastenhouw (rechts).

Ook kokmeeuwen hebben op het eiland gebroed. 11 juni zagen we vooral vogels met nesten en eieren. 9 juli zagen we ook al uitgevlogen jongen. Op de grond staan 3 volwassen vogels.

Tijdens de avondexcursie van 9 juli zagen we een flinke groep grutto's de lucht in gaan. Even later dalen ze weer in een van de compartimenten. Wanneer het water hier weg loopt zal het een feest worden voor veel soorten vogels.

Ook een paar oeverzwaluwen hebben een poging gedaan om te broeden. Maar na de laatste storm zijn ze verdwenen.

Soms is het goed om thuis nog eens goed de foto's te bekijken. Op een van de foto's van 11 juni blijken niet alleen tafeleenden te staan maar ook een ijseend.  

9 juli, terug naar de Schuttevaer.

9 juli avondexcursie, Mennobart vertelt de opvarenden over proefeiland Ierst. Het eiland dat goed te zien is als je over de Houtribdijk rijdt. Dit eiland diende als proef om te leren hoe nieuwe eilanden in weer en wind zich vormen. Meer over dit eiland, zie het blog over een bezoek aan Ierst.

Omdat we deze avondexcursie niet aan land gaan van de Marker Wadden hebben we tijd om langs proefeiland Ierst te varen met kolonies visdieven, kokmeeuwen en zwartkopmeeuwen.

Met een paar leuke soorten: een krooneend met een jong, waarschijnlijk geboren op Ierst (links). Een overzomerend nonnetje, een eend die je normaal alleen in de winter ziet (midden).

Ook op Ierst zien we een geringde lepelaar. En toevallig is deze vogel op dezelfde dag op dezelfde plek geringd als de lepelaar op de strekdam: 7 mei 2012. Eind augustus ziet iemand deze lepelaar in de omgeving van Schagen en twee maanden later zit ie lekker in Doñana, Spanje. De volgende aflezing in pas in 2016: het Balgzand. Twee dagen na de laatste melding in Nederland wordt de lepelaar op 15 september 2016 in Frankrijk gezien (Parc du Marquenterre). De eerste waarneming daarna is 9 juli op Ierst.

Een paar plaatjes van de bouw van de Marker Wadden. Eilanden worden door indrukwekkende en grote graafmachines, kranen en boten aangelegd in een snel tempo. Het eerste eiland is klaar.

De Edax zuigt het zand op, hier is de boorkop boven water te zien (een reserve exemplaar hangt klaar). Dit schip zuigt het zand op en maakt diepe geulen. Deze diepe geulen zijn ook voor vissen weer waardevol.

Vervolgens wordt dit zand via buizen door het sproeiponton aangebracht op de juiste plaats. De volgende stap nu is het aanleggen van een strand van enkele kilometers. Dit strand zal het eiland ook beschermen tegen toekomstige stormen. 

Een vervelend klusje, met een heuse hovercraft wordt binnenkort het rietzaad verspreid :-). Tijdens de volgende excursies op 5 en 13 augustus zal het eiland er alweer anders uit zien. We zijn ook nu al benieuwd hoe de Marker Wadden zich in 2018 zullen ontwikkelen. 

 

(klik hier als je automatisch een bericht wilt ontvangen over het volgende blog)

Deel

Vorige blog Overzicht blogartikelen Volgende blog

Even stil op het blogEven stil op het blog

Fogol onderzoek

Excursies